Het IJsselmeer, het grootste zoetwatergebied van Europa. Nederlands grootste verblijfplaats van vogels, internationaal als Wetland erkend en tevens Vogelrichtlijngebied, cultuurhistorisch erfgoed, een schitterend natuurgebied en... de enige nog open plek met vergezicht !
© MK-DATA 2011-2020
OUDE WEBSITE IJSSELMEERVERENIGING
Nieuwe website Nieuws Zoeken

1972 - 2020 - al 48 jaar !

06-09-2010 - Groene stroom: dure mallemolens of de zon opgezocht?
Huishoudens en bedrijven gaan de komende drie jaar ruim een miljard euro meer betalen voor hun stroomtransport; de tarieven zullen in die drie jaar stijgen met 22,5% stelt kartelwaakhond NMa. Groene stroom drijft de prijs op, zo kopt de krant. Dat is maar de halve waarheid. Europa wil in 2020 20% van de energie schoon opwekken. Mooi, maar het gaat erom hoe. Nederland kiest vooral voor windenergie en het is deze keuze die ons op kosten jaagt. Dat komt omdat daarmee tegelijk ook gekozen is voor grootschalige en centrale opwekking. Windmolens krijgen zo een financiëel verraderlijk staartje. De grote windparken liggen waar geen leidingen liggen en moeten aantakken op te dunne leidingen waar ze er wel zijn, juist omdat die energie grootschalig wordt opgewekt. En het moet wel grootschalig anders haal je het beetje energie dat in wind zit er nauwelijks uit. Bovendien waait het ook wel eens niet of te hard, is onderhoud nodig en staan de molens dus stil. Die stroomuitval moet bliksemsnel worden opgevangen met stroom van elders: door bijvoorbeeld een extra centrale die al die tijd op de waakvlam paraat moet staan (hoezo groene stroom?) danwel door overschakeling naar een windmolenpark op een plek waar het wel waait. Even veranderlijk als het weer wordt dus deze soort stroom geleverd en dat vergt overbemeten kabels en peperdure schakelsystemen om op alles voorbereid te zijn. Het is al voorgekomen dat een plotselinge levering van heel veel windenenergie uit noord Duitsland het hele net in NW- Europa dreigde over te belasten en plat te leggen. De vraag hoe groen windenergie eigenlijk nog is klemt te meer als de aantasting van horizon, open ruimte en landschap wordt meegerekend en deskundigen zich nog steeds afvragen of de molens nu draaien op wind of subsidies. Duidelijk is wel dat de leveranciers hiervan dik profiteren. Energiebedrijven en molenboeren worden zo dus op kosten van de consument van hun (te veel aan) groene(?) stroom afgeholpen. En de Deense molenmakers leveren wel. Dat zal ongetwijfeld nog meer initiatieven aanjagen om ter land en ter zee grote windmolenparken te gaan ontwikkelen. Dat kan anders. Kiezen voor zonne-energie is ook kiezen voor groene stroom. En dat zou een gemakkelijke keuze moeten zijn. Voor € 4,4 miljard subsidie bouwt men bijvoorbeeld twee grote windmolenparken in de Noordzee goed voor het stroomverbruik van 600.000 huishoudens. Die betalen daarvoor de prijs van grijze stroom. Wordt hetzelfde bedrag in zonnestroominstallaties gestoken dan kunnen die 600.000 huishoudens gratis worden voorzien van zonnestroom. (bron: Zelziuz, Denekamp) Bovendien hebben zonnestroominstallaties een twee maal zo lange levensduur. Dit type opwekking leent zich echter ook uitstekend voor kleinschalige en decentrale opwekking. Iedereen met een dak boven zijn hoofd wordt met enkele panelen zijn eigen leverancier. Geen draaiende delen, weinig onderhoud, gemakkelijk in te passen en aan te brengen op bestaande bouwwerken. Het bestaande net kan dat best aan. Het transport blijft immers dicht bij huis en het gaat maar om een beetje. Het rendement mag dan nu nog laag zijn, de techniek is nog lang niet uit ontwikkeld en geeft Nederland economische kansen. Wij hebben al zonnepaneelfabrieken. Foto-voltaïsche dakpan, vensterruit en folie zijn in experimenteel stadium. Binnenkort is met de eigen kleding energie op te wekken en zijn veel apparaten met zonlicht te voeden. Niks kabels en schakelstations en niks tariefsverhogingen. Geen aantasting van landschap en horizon. We zouden het ook moeten willen om waterhuishoudkundige redenen. Tijdens de hete zomer van 2003 was het oppervlaktewater te warm om nog als koelwater te gebruiken en moesten centrales bijna worden stilgelegd. Ook de windmolens stonden toen stil. Geen wind was er maar wel volop zon om stroom uit te winnen. Op zo’n kleinschalig en decentrale opwekking van groene stroom zitten de huidige levenranciers echter niet te wachten. Hun lobby in Den Haag is kennelijk nog zo krachtig dat zelfs een kartelwaakhond als de Nma zich in de luren laat leggen. Tijd voor een tegenstroom. Zo bezien is die tariefsverhoging een mooie aanleiding om nu eens af te rekenen met de fabel dat windmolenstroom met alles erop en eraan nog groen zou zijn. Het alternatief is er: zoek de zon op en spaar tegelijk open landschap. Dat kost ongetwijfeld ook een paar centen maar gaat langer mee. Maar eerst moet het hardnekkige karteldenken van de Nma en anderen over windenergie doorbroken worden. Of is onze kartelwaakhond niks meer dan een schoothondje van een stel uitgekookte windenergieleveranciers? Een schone taak wacht het nieuwe kabinet. Bezuinigen op het doen van domme dingen. Een prachtige groene lastenverlichting voor de burger ligt voor het oprapen. En zonder mallemolens, ook in het IJsselmeergebied, blijft de lamp toch branden! Goed nieuws om als IJsselmeervereniging uit te dragen, lijkt me....
De weg van windenergie moeten wij niet opgaan, vindt Marten Bierman want zonder mallemolens, in bijvoorbeeld het IJsselmeergebied, blijft de lamp toch branden!